www.accu-reunie.nl

  • Increase font size
  • Default font size
  • Decrease font size
Home
www.accu-reunie.nl

accunieuws Oktober 1994

E-mail Print PDF

Computertaal voor leken

Hulp bij installatie van netwerkprogrammatuur

oktober 1994

Onlangs werd de helpdesk van het ACCU opgebeld door een gebruiker met de bekende vraag: "Mijn programma doet het niet, hoe komt dat?" Het betrof een e-mail programma voor het verzenden van berichten via het netwerk. Om achter de kern van het probleem te komen werd gevraagd naar de configuratie van het programma. In de configuratie worden alle belangrijke adressen opgegeven die het programma nodig heeft.

De gebruiker had zijn eigen e-mail adres wel in het configuratiebestand opgegeven, maar het adres van het postkantoor waar hij zijn berichten naar toe moet sturen, had hij niet ingevuld. Nu wordt dit postkantoor ook met de cryptische naam SMTP-server omschreven. En de gebruiker had "hier maar niets ingevuld, omdat hij niet wist wat dat was, een SMTP-server". Dit bleek dan ook de fout te zijn waarom zijn programma "het niet deed".

Voor ons is het een aanleiding om eens stil te staan bij al die termen die over het scherm vallen, zodra je ook maar iets wilt installeren op netwerkgebied: netwerkkaart, packetdriver, IP nummer, gateway, nameserver e.d. Zolang er nog geen slim programmaatje ontwikkeld is dat deze taak van ons overneemt, loont het toch de moeite om enkele basisbegrippen onder de knie te krijgen.

De hardware: een netwerkkaart met kabel

Een netwerkkaart is de basisvoorziening om uw PC aan te kunnen sluiten op het netwerk. Dit geldt zowel voor een lokaal netwerk, zoals Novell en Banyan Vines, als een Internationaal netwerk, zoals het Internet. De netwerkkaart is een tastbaar, (meestal groene) plastic kaart, met daarop vrij veel electronica gesoldeerd. Deze kaart wordt in een zogeheten slot (ook wel: uitbreidingsslot) van uw computer geplaatst. Naast netwerkkaart bestaan nog diverse andere kaarten, zoals een geluidskaart of een videokaart. Aan de achterkant en buitenkant van de computer verschijnt een connector (aansluiting). Hier kunt u de kabel (snoer) aan vast maken die verbinding heeft met het netwerk. Bij het RUUnet gaat deze kabel naar een soort stopcontact in de muur.

De software: een packet driver

Een packetdriver is de naam voor het programma dat nodig is om gebruik te kunnen maken van een netwerkkaart. Aan uw computer moet uitgelegd worden dat hij er iets extra's bij heeft gekregen (een netwerkkaart) en op welke wijze hij hier gebruik van kan maken. De naam packetdriver houdt verband met het feit dat verschillende programma's hun pakketje (gegevens) naast elkaar over de netwerkkaart kunnen sturen. Er zijn diverse soorten netwerkkaarten en evenzovele typen packetdrivers.

Installatie van een netwerkprogramma

Heeft u de netwerkkaart en de packetdriver geinstalleerd dan komt de volgende stap: het installeren van netwerkprogramma's. Laten we een eenvoudig programma als voorbeeld nemen: het programma NUPop voor het gebruik van elektronische post (e-mail).

Als u NUPop voor de eerste keer start, moeten bepaalde instellingen nog worden aangepast. NUPop moet namelijk weten wie u bent (uw username), op welk postkantoor uw berichten binnenkomen (Incoming Mailserver) en vanaf welke computer u verbinding wilt maken (IP-adres).

Een username is de naam waarmee u bekend bent op de mailserver en is een naam van maximaal 8 karakters (letters of cijfers). Om niet iedereen te laten meegenieten van uw persoonlijke postberichten, is aan iedere username een wachtwoord (password) gekoppeld, dat u alleen kent.

De mailserver is het postkantoor. Daar komen berichten die voor u bestemd zijn binnen (Incoming mailserver) en ook gaan de berichten die u vanuit NUPop verstuurt via deze server naar de bestemming (Outgoing mailserver). Over verschillende soorten servers volgt zodirect meer.

Het IP adres (Internet Protocol adres) is een getal dat voor iedere computer uniek is. Het is in feite de code van uw computer, waarmee hij bekend is in het netwerk. Zou u deze niet invullen, dan zal uw computer geen informatie kunnen ontvangen via de netwerkkaart. De computer is dan namlijk niet bekend binnen het netwerk. Het IP nummer wordt wereldwijd uitgereikt door daartoe bevoegde instellingen. Bij de Universiteit Utrecht is dat het ACCU en alle computers binnen het RUUnet hebben een IP-nummer dat begint met 131.211. Hierop volgen nog 2 cijfers met daartussen een punt.

Nog een netwerkadres dat u veel zult tegenkomen is het gateway adres. Het netwerk is verdeeld in een zeer groot aantal segmenten. Het gateway adres is het adres van de computer die het verkeer tussen deze segmenten regelt. Indien dit adres niet is ingevuld, kunt u niet communiceren met computers buiten uw eigen segment. De gateway is niet standaard voor iedere computer hetzelfde. Het hangt af van het segment waarin de PC zich bevindt. Zo hebben de computers in Trans 2 een andere gateway dan de computers binnen het ACCU. Wel beginnen alle gateway computers binnen de UU, net als de IP-nummers, met de cijfers 131.211. Alleen de laatste 2 cijfers, die nu nog op 0.0 staan moeten aangevuld worden. Het nummer dat hier ingevuld moet worden is bekend bij het ACCU of bij uw lokale systeembeheerder. U kunt het ook opzoeken in de configuratieschermen van de netwerkprogramma's die al wel geinstalleerd zijn.

Nameservers zijn computers die bijhouden welke naam bij welk IP nummer hoort. De meeste IP adressen worden niet alleen door nummers weergegeven, maar ook door namen, daar dit makkelijker is om te onthouden. Bijvoorbeeld accucx.cc.ruu.nl of gopher.ruu.nl. Deze namen zijn gekoppeld aan de IP nummers. Een nameserver maakt deze vertaling en zoekt in tabellen de bij de namen behorende nummers op.

... en andere servers

Vrijwel ieder netwerkprogramma werkt met een server. Zo zijn er News servers, World Wide Web servers, E-mail servers, Name servers, Gopher servers etc etc. Het zijn allen computers waar de informatie opgeslagen is. Voor het programma News is dat de NNTP server (Network News Transfer Protocol), voor World Wide Web staat de informatie op een WWW server, bij E-mail wordt gebruik gemaakt van een SMTP server (Simple Mail Transfer Protocol), het Gopher programma werkt met Gopher servers.

Het moge duidelijk zijn dat de naam of het nummer van de server in iedere programma configuratie ingevuld moet worden. Staat er geen adres achter een Incoming Mailserver, dan weet het programma niet waar het zijn berichten vandaan moet halen. Evenzo voor de gopher server bij het gopherprogramma, NNTP server bij een nieuws programma etc.

Tot slot

In het algemeen kunt u de configuratie van netwerkprogramma's op twee verschillende manieren uitvoeren. Ofwel op de hierboven beschreven wijze, via een optie in het menu van het desbetreffende programma. Het komt ook vaak voor dat er een configuratiebestand aanwezig is dat met een simpele tekst-editor gewijzigd kan worden (niet met WordPerfect, omdat dit programma allemaal onleesbare tekens toevoegt, maar bijvoorbeeld met het MS-DOS programma edit). Meestal hebben deze configuratieprogramma's een herkenbare naam. Bijvoorbeeld het bestand config.tel voor het programma Telnet, mosaic.ini bij het programma Mosaic etc.

In deze bestanden staan alle hiervoor genoemde gegevens, zoals het IP-addres van de PC, het gateway adres, de nameserver en de naam van de server die bij het programma hoort.

Deze gegevens zijn zeer handig om bij de hand te hebben voordat u een netwerkprogramma gaat installeren. U kunt ze bekijken in de programma's die al geconfigureerd zijn en overnemen naar nieuw te installeren programma's.

_____________________________________________________________

Werkplekondersteuning/ ACCU / Dit e-mail adres is beschermd tegen spambots, u heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.